De dichtwerken, Díl 6A. C. Kruseman, 1857 |
Další vydání - Zobrazit všechny
Běžně se vyskytující výrazy a sousloví
aard aardrijks aardsche adem alles Bladz bloed boezem borst boven brengt deel deugd Dichter dien dier doet dood duizend eeuwig eigen gaat geeft geest geheel gelijk gemoed geven gevoel gloed Gods goud graf grond groot hand hart heel Heelal Heer heil hemel heur Homerus hoofd hoog hoop hunne ijdle ingewand kracht kroost kunst laat land leed leer leven levens lichaam licht Liefde lucht lust maakt meê mensch mocht moog naam nacht Natuur Neen nieuwe nooit onze recht rust schijnt schoon schoot Schrijver slechts smaak smart steeds stervling stof stort stroom Terwijl Vader Vaderland veld Vermaking verr verstand vocht voet volk voort vrij vuur waarheid Wanneer wareld weêr weet wien wier wind woord zachte zang zelfs zich-zelv ziel zien ziet zorg zucht zulk
Oblíbené pasáže
Strana 492 - Some to Conceit alone their taste confine, And glitt'ring thoughts struck out at ev'ry line; Pleas'd with a work where nothing's just or fit; One glaring Chaos and wild heap of wit. Poets, like painters, thus, unskill'd to trace The naked nature and the living grace, With gold and jewels cover ev'ry part, And hide with ornaments their want of art.
Strana 508 - 1 mio alto fattore: Fecemi la divina Potestate, La somma Sapienza e '1 primo Amore. 'Dinanzi a me non fur cose create Se non eterne, ed io eterno duro : Lasciate ogni speranza, voi eh' entrate. Queste parole di colore oscuro Vid...
Strana 292 - t Dorp , die kracht van invloed heeft : De Schoolvoogd, voor wiens plak de boersche Landjeugd beeft ! Mijn zangster, zet uw zang voor 't minst een toontjen lager, En schilder 't stijve beeld van dezen seepterdrager. Straks melde ik , welk een zorg een ampt van dit gewicht , Om 't Landvolk wel te doen , ten besten einde , richt'.
Strana 12 - Alcyone, Daar ge in het weduwlijke kermen , De winden noodigt tot erbermen. En eindloos Ceïx, Ceïx krijt; Tot , op 't geklepper van uw vleugelen , Het stormgeweld zich in laat teugelen , Waar 't woedende op de baren rijdt ! Al overschreeuwt het piepend lied Ontboezemd in mijn leed, Den heeschen schorren kreet Van uw ontembaar krijschen niet, Niet minder scheurt het wolk en lucht Wanneer mijn borst ten hemel zucht , Om door een duizendtal van kringen Tot 's Hoogsten zetel door te dringen , Naar...
Strana 356 - t recht, verdrukkers blozen deed! De wanden, waar mijn stem de wetten dorst verweeren, Toen 't wetteloos geweld zijn rechters kwam braveeren, Schavot en kluisters nnmde, en tong en gorgel bond, Maar mijne onwrikbre borst door niets ontzetbaar vond!
Strana 376 - Zy wrocht geen' doven klomp van vezels , vliezen , aaren ; 2y stortte een fijn gevoel aan 't dierlijk werktuig in. Dat, trouwe wachter by een zorgeloos gezin, D' allarmkreet opheft als vijandlijk leed koomt naderen. De vijand naakt , men slaapt ; geheime huisverraderen Verbergen 't onheil , of verdeelen de aandacht : rust , Begoochling van 't vermaak, genot van zinnelust. Zie daar de deur geramd; den voormuur doorgebroken; De vlam op 't onvoorzienst in 't voorportaal ontstoken! Daar bruist ze , en...
Strana 375 - t lijf, het kostbre lijf bewaren. Zy wrocht geen' doven klomp van vezels , vliezen , aaren ; 2y stortte een fijn gevoel aan 't dierlijk werktuig in. Dat, trouwe wachter by een zorgeloos gezin, D' allarmkreet opheft als vijandlijk leed koomt naderen. De vijand naakt , men slaapt ; geheime huisverraderen Verbergen 't onheil , of verdeelen de aandacht : rust , Begoochling van 't vermaak, genot van zinnelust. Zie daar de deur geramd; den voormuur doorgebroken; De vlam op 't onvoorzienst in 't voorportaal...
Strana 376 - t is gedaan, geen voorzorg meer die redt! De binten vallen met de doorgeblaakte wanden, En plettren 't droef gezin in 't wringen van de handen , Verdelgen 't prachtig slot met torentrans en kruin , En keeren 't tot een' hoop van gloeiende asch en puin!
Strana 15 - My die Uw oogwenk niet verdien. — Doch ja — het voorwerp hoe gering. Waarvoor Uw Zoon zich 't stof omhing, En tot ons eeuwig leedbevrijden , Het wreedste jammer wilde lijden.
Strana 428 - Zoek eigen handgebaar , en leer den wijngaard snoeien , De druiven dunnen , of den perzik , vroeg aan 't bloeien , Met riethalm dekken voor de late voorjaarsvorst: Begiet het bloemperk , of de trekkas daar zy dorst ; En zuiver 't blad van rups, den stam van wesp en mieren.